Gerrit Vos stopt na 25 jaar met het schieten van de wedstrijden bij Hanzesport.

In de jaren 80 volgde ik samen met Leo Pot een cursus. Ik heb alle wedstrijden gestart, zowel op het veld als in de stad. In de cursus leerde je je goed concentreren en aandachtig zijn voor de atleten. Als starter werk je samen met de startcommissaris en de startjury.

Het is belangrijk om als starter de juiste positie in te nemen. De atleten moeten zichtbaar zijn zonder dat je je hoofd hoeft te draaien. Bij een rechte startlijn en gebogen lijn staat de starter voor de atleten en bij een verspringende start, staat de starter achter de atleten. We kregen een seintje van de jury wanneer ze klaar waren. Het eerste commando was “gereed maken”, waarna de atleten zich opstelden op de lijn of in de startblokken en hun houding aannamen. De startcommissaris controleerde of iedereen goed stond en gaf een seintje aan de starter. Die zei “klaar”, waarna de atleten omhoog kwamen gevolgd door het startschot. Het commando “klaar” werd alleen gebruikt bij afstanden tot en met 400 meter.

Vroeger moest je goed op de tijd letten, want destijds was er nog geen elektronische timing. Wanneer we een pluimpje zagen, moesten we reageren en de tijd starten. Het startschot werd pas drie tellen gegeven nadat ik zagen dat alle atleten stil stonden. Als ze bewogen, was het een valse start.

Sommige kinderen vonden het startschot te luid, dan gaf ik wat extra ruimte. Maar een startschot hoort er nu eenmaal bij. Tijdens trainingen gebruikten we een klapbord, dat ook behoorlijk luid was. Kinderen konden wennen aan het geluid.

Ik zal voor het laatst de clubkampioenschappen starten. Ik ben nu 77 jaar en vind na meer dan 25 jaar dat het genoeg is geweest.

Ik ben in 1976 begonnen met hardlopen. Destijds liepen we nog als club in het Veldesebos en hadden we een stuk grond en een eenvoudige kleedkamer. Een jaar later, na vele gesprekken met de gemeente, kregen we een sintelbaan en dankzij inzamelingen bij bedrijven en sponsoring was er genoeg geld voor een clubhuis. Ik zat zelf in de bouwcommissie en heb onder andere de bar gemaakt.

Toen haalden we oud papier op met een tractor en een oude strontkar. Die kar had een klep die we half open lieten staan zodat de kinderen het oud papier er gemakkelijk in konden leggen. Soms werd de klep te zwaar van het papier en knapte het touw, waardoor alles op straat belandde. We hebben er flink om gelachen.

Na 55 jaar stopte ik met hardlopen vanwege knieproblemen. Vanaf dat moment hield ik me bezig met het onderhoud van de baan. Helaas is de baan afgekeurd en kunnen we geen grote wedstrijden meer houden. Dat is erg jammer. De baan is eigendom van de gemeente en het zou fijn zijn als zij de baan in orde maken.

Met z’n vijven zorgen we ervoor dat de baan zo netjes mogelijk blijft. We halen onkruid weg, maaien het gras en plegen onderhoud. Het zou fijn zijn als we een eigen plek hebben voor ons materiaal, bijvoorbeeld een zeecontainer op de plek waar de gemeente jaren geleden een zandbult heeft gemaakt van verkeerd zand dat uit de springbakken kwam. Dit ligt er helaas nog steeds.

Herman heeft ons geleerd te schilderen, dus tijdens de coronatijd hebben we met de juiste afstand het hele pand geschilderd. We hebben ze de betonnen trainingstrap gemaakt. Men wilde eerst met palets werken, maar met hulp van mijn zoon hebben we de huidige trap gemaakt. Soms voelen we ons een beetje langs de zijlijn staan, een beetje aandacht voor ons zou wel fijn zijn. Maar we hebben het wel gezellig met elkaar en dat houdt ons op de been.


We drinken thee en één voor één brengen we iets lekkers mee. Om 5 uur drinken we nog wat en gaan dan naar huis.


Met dank aan onze starter Gerrit Vos

En de mannen van het onderhoud: Herman, Dico, Louis, Harry en Gerrit